Voorwoord ACOM Journaal februari 2025

Recentelijk hoorde ik veel stellingen en quotes, – die zetten mij vaak aan het denken. Zo stelde de kersverse secretaris-generaal van de NAVO, Mark Rutte, dat het “geen oorlog is maar ook geen vrede”. Dat zette mij dus oprecht aan het denken. Wat is het dan wel? Een beetje zwanger bestaat immers niet. Een beetje oorlog ook niet.

Als oorlog zwart is en vrede wit is, zitten daartussen dan vijftig tinten grijs? En zo ja in welke grijstint verkeren wij dan, en in welke grijstint onze bondgenoten? Ik vond deze schakering van wit naar zwart met vele grijstinten, in ieder geval meer tot mijn verbeelding spreken dan het stoplicht met drie kleuren. De kleuren van een stoplicht spreken misschien wel meer tot de (algemene) verbeelding, maar dat is een andere discussie.

Als vrede groen is en oorlog rood, dan zou elk land waar geen echte vrede is en geen echte oorlog, immers oranje zijn. Voorlopig ga ik ook nog even piekeren welke aspecten behoren bij welke schakering grijs en welke bij het zwarte scenario, en laten we oprecht hopen dat het zwarte scenario ons allen bespaard blijft.

Een andere was de opmerking van de commandant van CLAS, luitenant-generaal Jan Swillens: “Laten we ‘riders in the storm’ zijn en geen ‘free-riders’. Ook dat gaf stof tot nadenken. Uiteraard ben ik het in de basis volledig met hem eens. Maar met geld alleen schrikken we als Nederland, ook samen met onze bondgenoten, niemand af en zeker een land als Rusland niet. Daar maalt men immers niet om mensenlevens. Als militairen en zelfs burgers sneuvelen is dat simpelweg wat het is.

Ik heb dan ook vooral beeld bij opmerkingen als: “Om oorlog te voorkomen moeten we willen vechten, slimmer vechten en kunnen vechten”. Het zit naar mijn mening nog steeds niet in het systeemdenken van Nederlanders dat, als het ertoe doet, gevochten moet worden voor ons aller vrijheid en veiligheid. Voor dat wíllen vechten moet de maatschappij dus ook omdenken en niet alleen Defensie. Ik draag daar graag mijn steentje aan bij, in gesprekken met Defensie maar ook buiten Defensie. Ik ga daarover dan ook graag met u in gesprek. Alleen samen kunnen we het verschil maken.

Het tweede deel uit de quote gaat over “slimmer vechten”. Hoewel vechten in deze context iets is wat we nooit zouden moeten willen, word ik wel gematigd vrolijk van deze stelling. De beste afschrikking bestaat immers uit de kracht die men als krijgsmacht op de mat kan brengen. En kwaliteit is daarbij steeds belangrijker dan kwantiteit.

Snel schakelen en kunnen aanpassen aan de situatie is niet alleen slimmer maar ook essentieel. Als dan de wil er is en we hebben de slimme dingen gedaan om te zorgen dat we voor elke vijand klaar zijn, komen we bij het kunnen vechten. Kunnen vechten is alleen nodig als de afschrikking om een oorlog te voorkomen niet groot genoeg was. EN kunnen vechten is dan voor mij niet alleen het gevecht kunnen aangaan maar ook beschikken over voortzettingsvermogen. Daar liggen wat mij betreft nog de nodige uitdagingen. Daarover zullen nog de nodige gesprekken gevoerd moeten worden en zal er nog wat wet- en regelgeving moeten worden aangepast. Oorlog is immers geen voetbalcompetitie, derhalve is tweede worden geen optie! Wellicht heeft u naar aanleiding van dit voorwoord ook stof tot nadenken. Wilt u daar samen een keer over sparren? Neem dan contact op via info@acom.nl en als u voor een zaaltje en de aanwezigheid van een aantal leden van de ACOM zorgt en koffie, dan neem ik wel de koeken mee.